Van de provincie Overijssel kregen we een monitoringrapport over het gebruik van faunapassages in onze provincie. Faunapassages zijn voor veel dieren belangrijk als verbinding tussen de verschillende leefgebieden, leefgebieden die tegenwoordig vaak onderbroken worden door ‘gevaarlijke obstakels’ als verkeerswegen en kanalen. Ook voor de provincie zijn deze faunapassages belangrijk om bij te dragen aan het behalen van de natuurdoelen in de specifieke N2000-gebieden, én om bij te dragen aan de verkeersveiligheid.
Een deel van de faunavoorzieningen is aangelegd door middel van buizen (meestal rond 40 cm) onder (provinciale)wegen, als het goed is worden (grotere) zoogdieren door begeleidende rasters naar de buizen geleid. Bij Varsen is ook een ecoduct gemaakt. Daar gaat dit verslag over.
Ecoduct de Vlierbelten over de N340
Het nieuwe ecoduct bij Varsen (de Vlierbelten) is gemonitord door het Ecologen collectief ECO, in opdracht van de Provincie Overijssel. Uit het boven genoemde rapport heb ik een kort verslagje gemaakt van wat er zoal gebruik maakt van dit ecoduct.
Het monitoren is gebeurd om vast te stellen of, en welke diersoorten gebruik maken van het ecoduct. Het onderzoek heeft plaats gevonden van eind september 2023 tot begin januari 2024. Deze periode is voor de veel soorten de meest actieve periode omdat er dan relatief veel migratie plaats vindt.
De vragen die vooraf werden gesteld waren:
• Wordt dit nieuwe ecoduct al door de doelsoorten (das en ree) gebruikt?
• Welke diersoorten maken verder gebruik van het ecoduct?
• Zijn er nog aanpassingen aan het ecoduct nodig?
Het onderzoek naar het gebruik is uitgevoerd met behulp van oa cameravallen, die camera’s reageren op beweging. Zowel overdag en ’s nachts werken deze camera’s, een sensor reageert op beweging en maakt een foto van wat er langs komt.
Ook is live gekeken op het ecoduct vooral om vleermuizen te inventariseren en om de vliegrichtingen van vleermuizen vast te kunnen stellen. Twee personen hebben met een warmtebeeldcamera filmmateriaal etc. verzameld vanaf beide zijden van het ecoduct. En met een batdetector, die automatisch geluidopnames maakt van de langs vliegende Vleermuizen, zijn opnames gemaakt.
De doelsoorten voor deze faunaverbinding zijn das en ree. Maar uiteraard is ook gekeken of andere soorten gebruik maken van dit ecoduct.
Bij het monitoren op dit ecoduct is ook gebruik gemaakt een half-open cameraval systeem (‘de struikrover’ genoemd) waar marterachtigen, muizen en spitsmuizen met lokstoffen naar binnen worden gelokt. Met een speciale cameraval kunnen dan van dichtbij opnames worden gemaakt.
Ook is er midden op het ecoduct een soort batdetector, een vleermuisrecorder, geplaatst op een paal. Zo kreeg men een goed beeld van zoveel mogelijk soorten die gebruik maken van het ecoduct.
Resultaten Ecoduct Vlierbelten
Bijzonder is toch dat het ecoduct door een groot aantal dieren wordt gebruikt. In de monitoringsperiode (totaal 101 dagen) werden er 545 waarnemingen gedaan van middelgrote en grote zoogdieren die over het ecoduct gingen. Dat zijn 5,4 dieren per etmaal. En als de waarnemingen van (huis)katten worden meegerekend zijn het zelfs 7,4 dieren die per etmaal er gebruik van maken.
De waargenomen soorten op het ecoduct zijn:
Das,
Ree,
Haas,
Vos,
Steen- en boommarter,
Bunzing,
Konijn
Huiskat.
Dit betekent totaal: 262 in 100 dagen.
Kleine zoogdieren
In de half-open cameraval (de zgn struikrover) werd ook een groot aantal opnames van verschillende muizen gemaakt. Kleine marterachtigen als wezel en hermelijn werden niet waargenomen.
Deze waargenomen muizen gebruiken het ecoduct waarschijnlijk als leefgebied. Via het ecoduct worden leefgebieden van muizen met elkaar verbonden waardoor er genetische uitwisseling plaats kan vinden.
Gewone bosmuis
Huisspitsmuis
Rosse woelmuis
Dwergmuis
Bosspitsmuis
Bruine rat
Vleermuis waarnemingen
Ook vleermuizen maken gebruik van zgn linten in het landschap, een ecoduct kan daarom ook voor vleermuizen een erg belangrijke verbinding zijn. De waarnemingen van vleermuizen zijn midden op het ecoduct gedaan.
De volgende vleermuizen zijn waargenomen:
Franjestaart,
Gewone grootoorvleermuis,
Gewone dwergvleermuis,
Ruige dwergvleermuis,
Tweekleurige vleermuis,
Laatvlieger,
Rosse vleermuis.
Totaal zijn er 1345 vleermuizen waargenomen op het ecoduct!
Overige soorten
In het geval van de hieronder genoemde soorten gaat het voor het merendeel om toevallige waarnemingen.
Winterkoning
Roodborst
Merel
Houtsnip
Blauwe reiger
Bosuil
Gewone pad
Klein koolwitje
Groot koolwitje
Kleine parelmoervlinder
Kleine vuurvlinder
Dagpauwoog
Icarusblauwtje
Paardenbijter
Heidelibel
Bruine sprinkhaan
Wekkertje
Grote groene sabelsprinkhaan
Wat betreft de doelsoorten das en ree vervult het ecoduct, anderhalf jaar na opening, al een belangrijke rol. Beide doelsoorten maken dan al regelmatig gebruik van het ecoduct.
Verder gebruikt ook een breed spectrum van 37 soorten het ecoduct, die er op verschillende manieren gebruik van maken. Conclusie, het ecoduct is zeer functioneel!
Het onderzoek is gedaan door het Ecologen collectief ECO, in opdracht van Provincie Overijssel
Ik heb met toestemming van de provincie, deze korte samenvatting gemaakt.